Louis Reijnierse (61), docent Paardenhouderij MBO

In dit blog worden 10 vragen gesteld aan een (oud)leerling, (oud)student, docent of medewerker van Edudelta. Elk interview zal weer andere vragen bevatten, omdat hij of zij willekeurig 10 getallen noemt, zonder te weten welke vragen daarbij horen.
Aan het woord Louis Reijnierse, die als docent Paardenhouderij een bijzonder vak heeft om in les te geven. Wie is hij naast docent nog meer?


1. Welke zaken in het nieuws raken je het meest?

Zaken die te maken hebben met de wereld(on)vrede en gebeurtenissen zoals het neerstorten van het vliegtuig in Frankrijk, maar ook persoonlijk leed dichterbij.

2. Welk vak was tijdens je opleiding je favoriete vak?

Teeltvakken en economische vakken tijdens mijn opleiding aan de HAS waar ik de opleiding weide- en akkerbouw volgde. Daarna heb ik nog de lerarenopleiding L1 en L3 gedaan en 2^e graadsopleidingen akker-en weidebouw en economie. Voor het vakgebied Paardenhouderij heb ik scholingen in Deurne gedaan en allerlei cursussen.

3. Wat wil je hebben bereikt als docent, als je stopt met werken?

Dan wil ik terug kunnen kijken op een mooie tijd in het onderwijs. Het werken met jonge mensen blijft boeiend, het is nooit saai. Vroeger toen ik zelf nog scholier was vond ik het maar een suf beroep. Ik wil wél graag stoppen voordat mijn “houdbaarheidsdatum” voorbij is.

4. Welke dag uit je jeugd zou je over willen doen?

Als ik daar over nadenk dan zijn dat er nog wel een paar. Ik heb een goede jeugd gehad, daar ben ik mijn ouders heel dankbaar voor. Overigens zou ik niet meer jonger dan 20 willen zijn. Het is niet erg om oud(er) te worden, als je je daar tegen verzet ben je m.i. niet volwassen.

5. Ben je buiten schooltijd ook nog veel bezig met school?

Ja best wel, ongeveer 3 avonden per week. Ik ben ook geen 40 klokuren op school, dus dan mag dat ook wel.

6. Waar ben je te vinden tijdens de zomervakanties?

De meeste tijd op Biese Hof, ons stulpje, waar ik geniet van de ruimte en mijn beestjes. En als we op vakantie gaan dan is dat op wintersport of een enkele keer een verre reis.

7. Als je één dag iemand anders zou mogen zijn, wie zou je dan zijn?

Ik zou best even voor een dag een topspringruiter willen zijn, kijken hoe dat voelt. Het samenwerken in de topsport met je paard lijkt mij geweldig. Maar niet te lang, want 50 weekenden per jaar op concours zou niets voor mij zijn.

8. Wanneer ben je volgens jou succesvol?

Als het je lukt om in harmonie met je naaste en je Schepper te leven ben je denk ik succesvol. Daar in slagen lukt nooit altijd. Als de mensheid daar wel in zou slagen zou de wereld er heel anders uit zien denk ik. 

Succesvol in je werk ben je als je er in slaagt studenten die aan jou zijn toevertrouwd op een succesvolle manier te begeleiden. Zodat ze zonder vertraging hun diploma kunnen halen en dat ze trots zijn op hun opleiding.      

9. Waarin zou je jezelf nog willen verbeteren als docent?

Ik sta op het standpunt dat je nooit te oud bent om te leren. Ik doe met allerlei dingen mee in mijn vakgebied: cursussen, studieclub, lezingen, excursies, etc. Daarnaast is het altijd weer een uitdaging om in gemixte lessen (leerjaren en niveau’s) de studenten zodanig te laten werken dat iedereen optimaal presteert, dat blijft lastig. Als je één uniforme groep hebt is het een koud kunstje. Op dat gebied wil ik mij wel verbeteren.

10. Wat is je grootste droom? 

Heel gezond oud worden samen met mijn lieve vrouw, kinderen en kleinkinderen. En als het even kan dat ik heel lang actief kan zijn.